'Arjen Lubach laf omdat hij geen grappen wil maken over islam?'
In dit artikel:
Arjen Lubach heeft openlijk gezegd dat hij uit angst geen routinematige grappen of scherpe satirische items over de islam maakt. In een recent radio-interview legde hij uit dat het tonen van bijvoorbeeld Mohammed-cartoons of het herhaaldelijk targeten van islamitische thema’s volgens hem levenslange beveiliging en concrete bedreigingen kan opleveren, iets wat hij niet wil opofferen voor zijn werk.
Die eerlijkheid leidde tot felle kritiek. Boekschrijfster en ex-moslima Lale Gül noemt Lubach laf en vindt zijn houding problematisch: een satiricus zou juist ook veilige grenzen moeten overschrijden en macht of religie durven bevragen. Zij vergelijkt zijn terughoudendheid met een vakprofessional die weigert zijn taak uit angst uit te voeren, en ziet daarin een verontrustende verloochening van het beroep. Humberto Tan stak in zijn programma RTL Tonight de discussie aan met de vraag of Lubach inderdaad laf is; Lale antwoordde bevestigend, Tan gaf haar vrijheid van meningsuiting.
Lubach reageerde dat het aangehaalde fragment uit een langer gesprek kwam en benadrukte dat hij wel degelijk soms ook over de islam spot, maar dat de praktische risico’s – bedreigingen, onveilige werkomstandigheden voor zijn team – reële beperkingen opleggen. Hij noemt het verdrietig dat zulke afwegingen nodig zijn om een vrij leven te kunnen leiden.
Ook opiniemakers als Wierd Duk wezen op vermeende inconsistentie: Lubach kan volgens hen hard uithalen naar de SGP omdat die conservatieve protestantse partij weinig risico’s voor fysieke represailles oplevert, maar mijdt de islam omdat die gevoeliger ligt. In de discussie speelt de moord op filmmaker Theo van Gogh (2004) als beladen voorbeeld van de mogelijke extremen waartegen Lubach waarschuwt.
Kortom: de uitlatingen van Lubach hebben een bredere maatschappelijke discussie opgeroepen over de grenzen van satire, journalistieke moed en de invloed van veiligheidszorgen op publieke debatvoering.