In de spotlight: Boy George

In dit artikel:

George Alan O’Dowd, beter bekend als Boy George, vergaarde wereldfaam in de jaren tachtig als zanger van Culture Club. Met zijn androgyne uiterlijk en invloeden van David Bowie en Marc Bolan werd hij een boegbeeld van de New Romantic-beweging; nummers als Do You Really Want To Hurt Me en Karma Chameleon maakten de band internationaal succesvol.

Achter de glitter schuilde echter persoonlijke drama. George, geboren in 1961 in Kent, groeide op in een familie met een beladen geschiedenis en kreeg later te maken met ernstige problemen thuis: zijn jongere broer Gerald lijdt aan schizofrenie en werd later veroordeeld voor moord. Binnen Culture Club had Boy George een geheime relatie met drummer Jon Moss. De combinatie van het verbergen van die relatie, voortdurende ruzies — soms zelfs met geweld — en George’s verslaving aan zware drugs leidde uiteindelijk tot het uiteenvallen van de groep rond 1986.

In 2020 veroorzaakte hij ophef met een tweet over voornaamwoorden, die hij later verduidelijkte als een pleidooi tegen oordeel en voor persoonlijke grenzen in identiteitskwesties. Na jaren van middelenmisbruik, arrestaties en periodes in de gevangenis, stopte hij definitief met drugs in 2008. Hij noemt zijn herstel een keerpunt: sindsdien richt hij zich op gezondheid, koken en een streng metabolisch dieet en ervaart hij meer balans en dankbaarheid in zijn leven.

Dit portret van Boy George in Weekend (editie 41, vanaf 8 oktober verkrijgbaar) schetst zowel zijn muzikale nalatenschap als de persoonlijke valkuilen en het herstelproces dat hem gevormd heeft.