Waarom heet DeLaMar Theater niet Joop van den Ende-theater?
In dit artikel:
Joop van den Ende heeft er bewust voor gekozen het volledig gerestaureerde DeLaMar Theater in Amsterdam niet naar zichzelf te laten noemen, ondanks dat hij veel energie en geld in het project stak. De gemeente vroeg hem in 2005 om het ernstig verwaarloosde theater — oorspronkelijk na de oorlog door cabaretière Fien de la Mar opgericht — nieuw leven in te blazen. De voorbereidingen namen zo’n zes jaar in beslag en de bouw zelf twee jaar, met “alle tegenwerkingen die je kunt hebben”, zo zegt Van den Ende.
Onder leiding van de VandenEnde Foundation is het theater opgeknapt met veel aandacht voor onderhoud, personeel en directie; sindsdien bezochten ongeveer 4,5 miljoen mensen het pand en waarderen zij het met cijfers rond 9,6–9,7. Van den Ende benadrukt dat hij eerder tientallen theaters had en nu nog maar één heeft, maar dat geen van zijn zalen zijn naam draagt: “Niet één van alle theaters draagt mijn naam.” Hij wijst erop dat het gebruikelijker is in bijvoorbeeld de Verenigde Staten dat instellingen naar donoren worden vernoemd, maar dat dat in Nederland minder vanzelfsprekend is. Voor hem ging het om teruggeven aan de stad waar hij vandaan komt en om een professioneel, gastvrij theater achter te laten dat de erfenis van Fien de la Mar voortzet.